Trainen van lange afstand wedstrijdzwemmen in open water 2

Dit is de tweede uit een reeks van artikelen, die de oud-bondscoach open water zwemmen voor ons schrijft op NOWW.

{informeren & kennis overdragen door Gerard Meurs}

Fictie, geheim, succes

Een van de oudste wijsheden is waarschijnlijk wel deze: “Het zit tussen je oren”. Nu heb ik eens nieuws…… Dàt is ook zo!

Zwemmarathons worden steeds populairder en veel beginnende enthousiastelingen vragen zich af of ze dit soort afstanden kunnen temmen. Mijn antwoord is volmondig “JA”.

Wanneer het besluit is genomen, de inschrijving is de deur uit, dàn komt de twijfel. Kan ik het wel, heb ik wel genoeg getraind, wat staat mij te wachten, ga ik op mijn tandvlees over de finish? Tal van vragen die vooraf gesteld worden!
Echter het lange afstand zwemmen is meer dan een prestatie die door spieren wordt geleverd. Het is vaak een beproeving van onze gemakzucht, een verlangen om dit soort afstanden af te leggen om jezelf te leren kennen. Dat gaat gepaard met de drang de eigen lichamelijke prestatiegrenzen te ontdekken; we zwemmen tegen de klok, in een peloton of helemaal alleen, ontspannen de ondergaande zon tegemoet of voor een medaille, voor het biertje erna, de aantrekkelijke beloning voor een succesvolle wedstrijd.

Op de proefbank staan o.a. moed, wilskracht, hardheid, zelfkennis en zelfbevestiging. Het vereist dat we ons lichaam disciplineren, moed verzamelen, een persoon te zijn die in zichzelf gelooft en zonder ‘geneuzel’ zichzelf is.

Werkt het lange afstand zwemmen verslavend? In zekere zin wel, wie eenmaal begonnen is, kan niet meer zonder de positieve effecten die deze discipline heeft op het totale “zijn”.

Het vertrouwen stijgt! Je leert wat werkt en wat niet in de smaak valt, hoeveel rust en slaap je nodig hebt, wat je moet eten en drinken. In je gedachten lijkt plotseling het voltooien van het evenement reëel. Tot op een zeker punt waarin je zeker weet dat je het kunt!

“The One Thing”: een statement waarmee ik wil zeggen: op D-Day gaat het alleen maar om dat ene ding. Jouw “one thing” is datgene dat jou motiveert om deze dag tot een goed einde te brengen. Welke persoonlijke redenen je ook hebt, het gaat er om dat je mentaal helemaal voorbereid bent om deze dag tot positief resultaat te beëindigen.

Ook dit zou een wezenlijk deel moeten zijn van je voorbereiding. Bedenk dat een wedstrijd meer is dan alleen het fysieke gedeelte, het mentale is zeker zo belangrijk {zo niet belangrijker}.

Het opbouwen van zelfvertrouwen, kunnen omgaan met pech, het soms bijstellen van je doelen tijdens de wedstrijd, horen daar ook bij.

En met meer vertrouwen in je eigen kunnen, zal die ene belangrijke dag zeker een succes zijn!